Het aantal toptalenten dat zich op school verveelt, is in twee jaar bijna gehalveerd. Steeds meer scholen geven talentvolle leerlingen op maat les. Het gaat om de eerste resultaten van het Plan van aanpak toptalenten 2014 – 2018.
Talentvolle leerlingen kunnen bijvoorbeeld in een vak waarin ze echt goed zijn op een hoger niveau examen doen. Daarnaast wordt de pilot ‘versneld VWO’ (in vijf jaar) uitgebreid. De maatregelen voor toptalenten horen bij de kwaliteitsverbetering van het onderwijs en de ontwikkeling van maatwerk voor alle leerlingen. Volgens staatssecretaris Sander Dekker is er steeds meer een cultuur waarin toptalenten op school mogen uitblinken en waarin ook zij ’s middags geïnspireerd naar huis gaan.
Tijdens een nulmeting in 2014 gaf zo’n kwart (24%) van alle leerlingen in het voortgezet onderwijs aan zich bijna altijd of vaak te vervelen op school. Bij toptalenten was dit zelfs ruim de helft (56%). Op basisscholen werd dat toen niet gemeten. In 2016 geeft 14% van alle leerlingen aan zich regelmatig te vervelen. Dat is bij toptalenten gedaald naar een kwart (24%). Het is nu ook onderzocht op de basisschool. Daar slaat de verveling toe bij 16% van alle leerlingen. De verbetering komt volgens het ministerie van Onderwijs door de gegroeide aandacht voor toptalent.
Naast het ondersteunen van leerlingen met een (dreigende) achterstand, doen steeds meer leraren ook iets extra’s voor toptalenten in hun les. Dit steeg in het basisonderwijs van 85% in 2014 naar 98% nu. De toename in het voortgezet onderwijs was van 52% naar 76%.
Het Plan van aanpak toptalenten 2014 – 2018 dat staatssecretaris Dekker naar de Tweede Kamer stuurde, beschrijft de maatregelen die voor de toename van het maatwerk en de afgenomen verveling op school hebben gezorgd. Sinds 2015 ontvangen scholen extra geld voor toptalenten in het primair onderwijs, vmbo, havo en vwo. Dat budget stijgt het komende jaar verder. Hierdoor kunnen scholen meer uitdagend onderwijs aanbieden. Plusdocumenten met een vermelding van bijzondere prestaties maken dit zichtbaar. Dat geldt ook voor de mogelijke vermelding van ‘cum laude’ op het diploma voor het voortgezet onderwijs.
Docenten worden beter uitgerust om toptalenten te begeleiden en stimuleren en te differentiëren in de klas. Dat gebeurt onder andere met een digitaal beschikbare toolbox. Deze is ontwikkeld door het ICLON (Universitaire Lerarenopleiding Leiden) en de Rijksuniversiteit Groningen.
Het ministerie van Onderwijs benadrukt dat de stijgende lijn moet worden doorgezet. Daarvoor verruimt het de komende twee jaar de ruimte voor maatwerk op scholen verder en stimuleert het scholen om de bestaande ruimte ook te gebruiken. Verder versterkt het ministerie een doorgaande leerlijn voor toptalenten. Hiervoor worden de extra ervaringen en resultaten beter inzichtelijk gemaakt en ze worden overgedragen bij de overgang van lager naar hoger onderwijs.
Leraren zien zelf mogelijkheden voor verdere verbetering. Ze geven aan daarvoor meer tijd, training & opleiding en ruimte nodig te hebben. Voor betere ondersteuning van docenten in het maatwerk voor toptalenten spelen schoolleiders een belangrijke rol. Als stimulans zijn regionale talentnetwerken opgericht. Hierbij hebben zich inmiddels zo’n 600 scholen en lerarenopleidingen aangesloten.
Bron: Rijksoverheid.nl