De preventieve gezondheidszorg voor zorgpersoneel kan beter. Dit kan door meer aandacht te schenken aan gezondheidsrisico’s tijdens de opleiding en door verpleegkundigen en paramedici te laten deelnemen aan Preventief Medisch Onderzoek. Zo blijkt uit het onderzoek ‘Caring for healthcare professionals: improving prevention in occupational healthcare’ waarop dr. Sarah Ketelaar promoveerde aan de UvA/AMC.
Aan medewerkers in de zorg worden hoge fysieke en psychische eisen gesteld. In de zorgsector treden dan ook veel gezondheidsproblemen op. Hierdoor kan een zorgmedewerker minder gaan functioneren met mogelijk nadelige gevolgen voor de patiëntveiligheid en de eigen veiligheid.
Eerder onderzoek toonde aan dat gezondheidsproblemen door het werk al vroeg in een verpleegkundige loopbaan voorkomen. Ketelaar hield daarom individuele interviews met beginnende verpleegkundigen (student of pas afgestudeerd). Ze onderzocht hun wensen en behoeften met betrekking tot hun gezondheid op het werk. Het ging daarbij om ondersteuning bij het niet ziek worden door werk en het optimaal functioneren ondanks mogelijke gezondheidsproblemen.
Beginnende verpleegkundigen bleken meer kennis nodig te hebben over het zoveel mogelijk voorkomen van gezondheidsproblemen door het werk en aan psychosociale en fysieke ondersteuning. Tijdens de verpleegkundeopleiding is daarom meer aandacht nodig voor de gezondheidsrisico’s van het werk. Verder moeten nieuwe medewerkers in de zorg beter worden voorgelicht over de bedrijfsgezondheidszorg en arbodienst/bedrijfsarts.
Voor het tweede onderdeel van haar proefschrift evalueerde Ketelaar Preventief Medisch Onderzoek (PMO) gericht op de psychische gezondheid en het functioneren van verpleegkundigen en paramedici. Met zo’n PMO kunnen werkgerelateerde gezondheidsproblemen en slechter functioneren op het werk tijdig worden gesignaleerd en kan begeleiding worden aangeboden.
Ketelaar onderzocht twee strategieën voor PMO. Het ging om een innovatieve zelfhulp-internetstrategie en de voorgeschreven strategie die wordt uitgevoerd door een bedrijfsarts. De zelfhulp-internetstrategie werkt na screening online met zelfhulp-internetcursussen voor verbetering van de psychische gezondheid. Deze cursussen bieden medewerkers veel vrijheid en ze kunnen deze anoniem volgen.
Ruim 30 procent van alle uitgenodigde verpleegkundigen en paramedici nam deel aan het PMO-traject. Uitkomst was dat er voor ongeveer 80 procent van de deelnemers signalen waren voor verminderd functioneren op het werk en/of psychische klachten. Volledige deelname aan het online-PMO door deelnemers met kans op klachten (‘positief gescreend’) was heel laag (6 procent). Rond de 40 procent van de positief gescreende deelnemers aan het PMO bij de bedrijfsarts namen deel aan het gehele traject inclusief een preventief consult met de bedrijfsarts.
De deelnemende verpleegkundigen en paramedici waardeerden het PMO goed. Daarnaast blijkt het mogelijk om het PMO te integreren in de activiteiten van de arbodienst. Ook is het PMO door de deelnemende bedrijfsartsen als zinvol ervaren.
Vergeleken met een controlegroep blijkt het online-PMO niet (kosten)effectief in het verbeteren van het functioneren op het werk en/of de psychische gezondheid. Het PMO uitgevoerd door de bedrijfsarts verbetert het werk-functioneren van een aanzienlijk percentage van de deelnemende verpleegkundigen en is wel kosteneffectief. Het na zes maanden verbeteren van het functioneren van één deelnemer via PMO bij de bedrijfsarts bespaart ruim vijfduizend euro ten opzichte van een situatie zonder preventief medisch onderzoek.
Bronnen: Beroepsziekten.nl, UvA