Op 31 mei jongstleden hebben het interprovinciaal werkgeversverband (IPO) en de bonden een principeakkoord bereikt over de arbeidsvoorwaarden voor de twaalf Nederlandse provincies. In het akkoord zijn onder meer afspraken gemaakt over de salarisontwikkeling, werkgelegenheid, de verbreding van de inzetbaarheid, het verbeteren van het huidige beloningssysteem en flexibele werktijden. De nieuwe CAO kent een looptijd van twee jaar, van 1 juni 2009 tot 1 juni 2011.
Loonsverhoging
Met ingang van 1 januari 2010 ontvangen alle provincieambtenaren een structurele loonsverhoging van 1,2%. Met ingang van 1 januari 2011 komt daar nog eens 0,7% bij. Ter compensatie voor de periode 1 juli 2009 tot en met 31 december 2009 ontvangen zij eenmalig 0,5% van twaalf maal het salaris over de maand waarin de CAO wordt ondertekend.
Gelijktijdig met de loonsverhoging in 2010 zal ook de minimum vakantietoelage worden verhoogd tot bruto € 144,47 per maand. In 2011 bedraagt de minimum vakantietoelage bruto € 145,48 per maand.
Werkgelegenheid
Net als binnen de sector gemeenten zullen ook binnen de twaalf Nederlandse provincies de komende jaren ingrijpende bezuinigingen worden doorgevoerd. Gevolg hiervan: forse ombuigingen en taakstellingen die gepaard gaan met een teruggang in de provinciale formatie. Provincies zullen alles op alles zetten om de ombuigingen en taakstellingen te realiseren zonder dat die leiden tot gedwongen ontslagen.
Daarnaast hebben partijen afspraken gemaakt om een bijdrage te leveren aan de bestrijding van jeugdwerkloosheid. Minimaal 2% van de formatie zal opgesteld worden ten behoeve van stageplaatsen en/of leer-werkplekken.
Persoonlijk ontwikkelbudget
Partijen zullen bij wijze van pilot een tijdelijke regeling (gedurende ca. 3 jaar) in het leven roepen met betrekking tot loopbaan, scholing en mobiliteit. Deze regeling komt neer op een persoonlijk ontwikkelbudget (POB) van € 1.500,- per medewerker. Het streven is deze tijdelijke regeling op termijn om te zetten in een definitieve regeling.
Ook de Erkenning van Verworven Competenties (EVC) zal een nieuwe impuls krijgen. Het A&O fonds Provincies zal in het najaar van 2010 een systematiek aanbieden.
Beloningssysteem
Het per 1 januari 2005 nieuw ingevoerde beloningssysteem is geëvalueerd. Kritische kanttekeningen worden gemaakt over met name de toepassing van het nieuwe beloningssysteem. Verbeteringen op het gebied van de legitimiteit van de beoordeling en beloning, de verantwoordelijkheid van het management om keuzes te maken en de positie van de medewerkers op het maximum van de salarisschaal zullen doorgevoerd moeten worden. De primaire verantwoordelijkheid voor het uitvoeren van die verbeteringen ligt bij de afzonderlijke provincies. Zij zullen hier dan ook mee aan de slag gaan.
Flexibele werktijden
Net als bij de CAO-onderhandelingen voor de sector gemeenten, stond ook hier de ultieme balans tussen werk en privé op de onderhandelaarsagenda. Partijen zijn overeengekomen dat er meer ruimte moet komen voor tijdelijke (maatwerk)afspraken over werktijden en verlof. Een en ander kan waar nodig gerealiseerd worden met toepassing van de kapstokbepaling buitengewoon verlof. Daarnaast dienen medewerkers beter geïnformeerd te worden over de mogelijkheden die de Wet arbeid en zorg biedt. Bij mantelzorg kan de medewerker bijvoorbeeld gebruik maken van kort betaald zorgverlof en langdurig onbetaald zorgverlof.
Partijen zij het erover eens dat het hier niet alleen om een persoonlijk belang gaat. Ook de provincie kan zich met het aanbod van flexibele werktijden profileren als een aantrekkelijke, moderne werkgever.
Bron: onderhandelaarsakkoord arbeidsvoorwaarden provincies 2009-2011.