Steeds meer vrouwelijke ambtenaren staan aan de top van overheidsorganisaties. In 2009 werd het streefcijfer van 25% topvrouwen al behaald. Het streefcijfer van 20% vrouwelijke topfuncties binnen het bedrijfsleven is daarentegen wederom niet behaald. De komende jaren moet blijken hoeveel en hoe vaak vrouwen daadwerkelijk een topfunctie bekleden. Dit is slechts één van de uitkomsten van de Emancipatiemonitor 2010.
Het aandeel vrouwen dat een management- of topfunctie bekleedde in 2009 is gestegen naar 28%. In de overheid is het aantal vrouwelijke topfuncties fors gestegen van 20% in 2008 tot 26% in 2010. Het bedrijfsleven loopt erg achter wat betreft het aantal topvrouwen, slechts 9%. De Nederlandse vrouw is tevens ambitieus. Jonge vrouwen die aan het begin van hun loopbaan staan vinden carrière maken bijna net zo belangrijk als hun mannelijke leeftijdsgenoten. Zij hebben daar ook alle kansen toe, want vrouwen zijn tegenwoordig hoger opgeleid dan mannen. Opvallend is dat vrouwen in 2009 gemiddeld slechts 80% van het bruto-uurloon van mannen verdienden.
Nederland scoort hoog op de internationale ranglijsten wat betreft vrouwelijke arbeidsdeelname. Ten opzichte van vorig jaar is de vrouwelijke arbeidsdeelname constant gebleven op een ruime 60%. De zorg voor kinderen is bovendien steeds minder vaak een reden om geen betaald werk uit te oefenen. Vrouwen blijven steeds vaker na de geboorte van hun eerste kind evenveel uren werk als daarvoor. Daarentegen wordt er in tegenstelling tot andere Europese landen door vrouwen in Nederland veel in deeltijd gewerkt. Bijna driekwart van de werkzame Nederlandse vrouwen werkt parttime.
De emancipatiemonitor is een initiatief van het ministerie van onderwijs, cultuur en wetenschap en werd op donderdag 17 februari 2011 voor de zesde keer gepubliceerd. Iedere twee jaar wordt met deze monitor de stand van zaken in het emancipatieproces weergegeven. Recente ontwikkelingen op het gebied van onderwijs, betaald inkomen, de combinatie arbeid en zorg, geweld tegen vrouwen en politieke en maatschappelijke ontwikkeling komen hierin aan bod.
Bronnen: