In een periode waarbij de verkiezingsstrijd is losgebarsten heeft Driessen HRM_Payroll samen met TNS Nipo een landelijk onderzoek uitgevoerd met als thema ‘keuzes’. De focus lag daarbij niet op de politiek, maar op keuzes die te maken hebben met HRM. Meer dan 400 werkenden in de publieke sector hebben meegewerkt aan het onderzoek. Daaruit bleek onder andere dat de keuze voor de publieke sector bij mannen met name gebaseerd is op toeval en bij vrouwen op de toegevoegde waarde voor de maatschappij. Daarnaast bleek dat 37% liever andere collega’s zou kiezen om de prestaties van de organisatie te verbeteren.
De keuze voor de publieke sector
Het blijken vooral de vrouwen te zijn die in de publieke sector gaan werken om iets te betekenen voor de maatschappij. Bijna 50% van de vrouwen heeft om die reden voor de publieke sector gekozen. Bij mannen staat iets betekenen voor de maatschappij met 23% slechts op de derde plaats. De voornaamste redenen waarom mannen kiezen voor de publieke sector zijn ‘toeval’ (40%) gevolgd door ‘zekerheid’ (37%).
37% zou op zakelijk gebied kiezen voor andere collega’s
Hoewel de ondervraagden collega’s als persoon graag mogen, geeft bijna 4 op de 10 de werkenden in de publieke sector op zakelijk gebied toch de voorkeur aan andere collega’s. Het zijn dus vaak aardige mensen, maar op professioneel vlak kunnen anderen het werk duidelijk beter. Dat impliceert indirect dat er een groot aantal mensen op de verkeerde plek zit in de organisatie. Dit vraagt om aandacht van de HRM’er. De juiste mens op de juiste plek is essentieel voor de prestaties van een organisatie.
Droombaan in duigen?
1/3 zou niet opnieuw kiezen voor de huidige baan. Vooral werkenden boven de 45 jaar zouden niet opnieuw voor hun huidige baan kiezen. Bijna 40% geeft aan het eigenlijk wel gehad te hebben met de huidige functie. Onder 45 jaar is dat gemiddeld 30%. Het merendeel van de mensen is dus wel tevreden over hun baan.
Keuzes maakt men liever individueel
Keuzes op het werk maken de ondervraagden liever zelfstandig dan in teamverband. Dit geldt met name voor werkenden boven de 55. 74% van de ondervraagden in die leeftijdscategorie heeft geen behoefte aan overleg in teamverband als het gaat om werkgerelateerde beslissingen. Onder de 55 jaar ligt dat percentage weliswaar lager maar gemiddeld nog steeds op een aanzienlijke 62%.
20% onderhandelt liever zelf over de arbeidsvoorwaarden
De collectieve arbeidsovereenkomst of CAO is altijd een punt van discussie. Het gebeurt regelmatig dat een CAO verlengd wordt, omdat werkgevers- en werknemersorganisaties het niet met elkaar eens kunnen worden over een nieuwe CAO. Voor 1 op 5 van de werkenden zou dat tafereel tot het verleden mogen behoren. Zij gaan liever persoonlijk in onderhandeling met hun werkgever over hun arbeidsvoorwaarden.
Meer dan de helft twijfelt over keuzes van de organisatie.
Meer dan de helft van de vrouwen en 2/3 van de mannen vindt dat er binnen de eigen organisatie over het algemeen niet de juiste beslissingen worden genomen. De mensen die bepaalde zaken uit moeten voeren op basis van de keuzes van de organisatie, zijn het daar dus vaak niet mee eens. Dat betekent dat het draagvlak voor veel keuzes ontbreekt en zonder draagvlak weinig daadkracht…
Overige opvallende conclusies over ‘keuzes’
• 75% van de leidinggevenden doet het redelijk of goed op het gebied van besluitvaardigheid
• Bij de invoering van de WKR zou ¾ graag willen beschikken over een individueel keuze budget
• 1 op de 5 wordt teveel beperkt in de keuzes binnen de huidige functie
Gratis onderzoeksboekje
Het complete onderzoek kunt u terugvinden op www.driessen.nl/keuzes. De 20 conclusies van het onderzoek zijn gebundeld in het boekje ‘Keuzes – variatie en verandering’. U kunt het boekje via deze pagina gratis aanvragen of downloaden.