Veertien Nederlandse pensioenfondsen moeten hun uitkeringen aan gepensioneerden binnen een paar maanden verlagen. De verlagingen kunnen variëren van enkele procenten tot 14 procent van het totaal aanvullende pensioen. Hierdoor lopen gepensioneerden honderden euro’s per maand mis.
De verlaging van pensioenafspraken heeft betrekking op circa 700.000 mensen waarvan 150.000 het direct in hun portemonnee voelen omdat zij gepensioneerd zijn. Nog werkende pensioendeelnemers zullen bij dezelfde pensioenpremie recht krijgen op een lager toekomstig pensioen. Zij hebben nog wel de kans dat hun pensioenfonds het financiële gat in de toekomst kan inlopen.
De kortingen op uitkeringen zijn een direct gevolg van het besluit van demissionair minister Donner (Sociale Zaken, CDA) om een uitzonderingsmaatregel voor zwakke pensioenfondsen te beëindigen. Donner heeft hier op advies van De Nederlandsche Bank toe besloten omdat de gepensioneerden van 14 pensioenfondsen een uitkering ontvangen „waarvoor niet alle middelen aanwezig zijn”.
Voor 2011 betreffende pensioenfondsen bekend
De Nederlandsche Bank kan vanwege haar geheimhoudingsplicht niet bekendmaken om welke pensioenfondsen het gaat. Volgens minister Donner moet het uiteindelijk onvermijdelijke besluit tot pensioenverlagingen door de pensioenfondsen zelf genomen worden en zullen zij in dat geval vóór het eind van dit jaar de korting aan hun deelnemers bekend moeten maken.
De Nederlandsche Bank erkent in een brief dat de maatregelen tot maatschappelijke onrust kunnen leiden, maar zij wijst erop dat het uitblijven van ingrijpen het vertrouwen in het pensioenstelsel kan beschadigen. Verder uitstel verschuift de rekening van gepensioneerden te veel naar jongere generaties waardoor volgens minister Donner de verdeling van lusten en lasten tussen generaties ongelijk dreigt te worden.
Bron: NRC